
Interieur van de Koninklijke Zeepfabriek De Duif van Chr. Pleines aan de Dolderseweg te Den Dolder: stukzeepafdeling, tijdens het inpakken van de zeep. De afbeelding bevindt zich in het boek "Koninklijke Zeepfabrieken "De Duif" van Chr. Pleines, 1889 - 29 october 1914", bibl. HUA, DF 2000-6. Onbekend / 801230 / collectie Utrechts Archief - 1914 Publiek Domein 1.0
Zo kwam zeepfabriek De Duif in Den Dolder terecht
‘Walgelijke uitdampingen met kans op schade aan de gezondheid voor omwonenden. En een voortdurende bron van brandgevaar.’ Fris rook het allerminst rond zeepfabriek De Duif aan de Korte Bergstraat in Amersfoort. Toen een brand het complex met de grond gelijkmaakte, moest directeur Pleines op zoek naar een nieuwe locatie. Die vond hij langs de spoorlijn tussen Utrecht en Amersfoort, nu bekend als Den Dolder.
De zeepziederij van meneer Pleines begon in een klein huisje net buiten de Koppelpoort van Amersfoort in 1889. Binnen zes jaar transformeerde zeepfabriek De Duif tot een groots fabriekscomplex op de Korte Bergstraat. Daar werd zachte zeep, zeeppoeder en zeep in blokken geproduceerd. De verwerking van onder meer brandbare grondstoffen als palmolie zorgen voor die ‘walgelijke uitdamping’ en brandgevaar...
Het gaat mis in de nacht van 17 op 18 januari 1902, dan brandt het hele complex af. Mogelijk is de druk in één van de ketels in de ziederij te hoog opgelopen. In die ketels kookte men vet of olie gemengd met loog. Hierdoor verzeept het vet en kan het na koeling verwerkt worden tot zachte of harde zeep.