Frederik Adriaan Van Reede Van Renswoude By Adriaen Van Heusden

Frederik Adriaan baron van Reede, heer van Renswoude (1659-1738) geschilderd door Adriaen van Heusden in 1685. Adriaen van Heusden / Archief Fundatie van Renswoude, Utrecht CC 1.0 Publiek Domein

Queer geschiedenis

Frederik Adriaan van Renswoude

Utrechtse edelman, regent en sodomiet

Bij de sodomietenprocessen van 1730 waren mannen betrokken van alle rangen en standen. De bekendste en meest aanzienlijke van hen was de edelman Frederik Adriaan baron van Reede van Renswoude. Hoewel hij al lang voor 1730 de reputatie van mannenverslinder had, werd hij niet vervolgd. Wel voelde hij zich gedwongen zich uit de openbaarheid terug te trekken.

Van Renswoude, geboren in Utrecht op 22 februari 1659, was een van de machtigste edellieden in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.

Als 19-jarige was hij al diplomaat in Parijs waarna de politieke en bestuurlijke functies elkaar snel opvolgden: lid (1684) en later president van de Ridderschap van Utrecht, gedeputeerde in de Staten-Generaal (1684), namens de Staten-Generaal gedeputeerde bij het leger (1705), lid van het voorlopig Engels-Nederlands bestuur over de veroverde Spaanse Nederlanden in Brussel (1706) en gevolmachtigde van de Staten van Utrecht tijdens de vredesonderhandelingen in Utrecht (1712-1713). 

Vooral door zijn huwelijk in 1685 met Maria van Duyst van Voorhout was Van Renswoude steenrijk. Het paar bezat kapitale huizen op A-locaties in Utrecht (aan de Drift, later Janskerkhof) en Den Haag (Korte Vijverberg), het kasteel Renswoude (meestal hun zomerverblijf) en een landgoed in Kleef.

Frederik Adriaan Van Reede Van Renswoude By Adriaen Van Heusden

Frederik Adriaan baron van Reede, heer van Renswoude (1659-1738) geschilderd door Adriaen van Heusden in 1685. Adriaen van Heusden / Archief Fundatie van Renswoude, Utrecht CC 1.0 Publiek Domein

Kasteel Renswoude

Kasteel Renswoude te Renswoude met daarvoor het voorplein met de beide bouwhuizen en op de voorgrond de toegangsbrug over de slotgracht. Anoniem (Jan van Vianen?) / 155327 / collectie Het Utrechts Archief - 1698-1699 CC 1.0 Publiek Domein

Boerenjongens

Van Renswoude stond bekend als een bon vivant, iemand die genoot van het goede leven. Door al zijn functies moest hij veel reizen en vertoefde hij in uiteenlopende kringen. Hij liet dan zelden de kans lopen om seksuele contacten met andere mannen aan te knopen. Vaak maakte hij gebruik van de bemiddelende diensten van lolhuisbazen en andere tussenpersonen. Als heer van kasteel Renswoude zou hij veel boerenjongens ‘behandeld’ hebben. Maar hij kon ook gebruik maken van de diensten van zijn zijn favoriete knechten, die volgens tijdgenoten opvallend goed gekleed waren.

In 1711 kwam Van Renswoude als gedeputeerde in Brussel voor het eerst in opspraak na een affaire met een jonge Zuid-Nederlandse edelman, de markies van Laverne. Twee jaar later, tijdens de vredesonderhandelingen in Utrecht, zou hij in het gezelschap van buitenlandse diplomaten het ‘vuyle werck’ (seks met mannen) bedreven hebben. 

Voor wie zijn reputatie kende, kon het geen verrassing zijn dat zijn naam meerdere keren opdook in de verhoren tijdens de grote sodomietenvervolgingen in 1730 en de jaren daarna.

Renswoude

Marianne de Rijke / Landschap Erfgoed Utrecht - 2021

Barend Blomsaet

De wijnhandelaar Barend Blomsaet (ca 1669-1730) werd in Utrecht als een van de eersten opgepakt,. Hij bekende pas na zware martelingen dat hij het al ruim 25 jaar met mannen deed. In afwachting van de voltrekking van zijn doodvonnis schreef hij in het gevang briefjes die hij via zijn vrouw naar buiten smokkelde. Hij vermeldde daarin de namen van andere sodomieten, omdat hij woedend was dat de hooggeplaatste heren en hun contacten buiten schot bleven. Dat gold met name voor Van Renswoude en Jan van Swanenburg die volgens hem wel honderd maal sodomie met elkaar bedreven zouden hebben.

Ook anderen noemden Van Renswoude als bedrijver van sodomitische praktijken. Toch stond hij niet in de lijst met 144  namen van betrokkenen die het Utrechtse gerecht opstelde en naar gerechten in andere gewesten stuurde. Het Hof van Holland in Den Haag paste vervolgens dezelfde klassenjustitie toe: rijke of machtige mensen kregen vaak mildere straffen of ontsnapten aan vervolging. Van Renswoude bleef weer buiten schot. Onderzoeker Leo Boon vermoedt dat het hof vooral reputatieschade en volkswoede wilde voorkómen: ‘Utrechts hoogste edelman berechten zou de fundamenten van het staatsbestel in het hele land hebben doen schudden.’

Van Renswoude 2 Wapenschild

Wapenschild van Frederik Adriaan van Reede met griffioenen als schildhouders en een helmteken met vleugels. Collectie Rijksmuseum Publiek Domein 1.0

Teruggetrokken bestaan

Het geheime leven van Van Renswoude lag intussen wel op straat. Bij de Staten van Utrecht beklaagde hij zich erover dat er ‘vuile en infame discoursen’ (vuile en gemene praatjes) over hem de ronde deden en dat ‘het gemeen’ (het volk) in Den Haag hem ‘in stukken [dreigde] te houwen’  zodra hij weer in de stad terug zou keren.

Vermoedelijk had hij Den Haag in mei 1730 al verlaten om een veilig heenkomen te zoeken, eerst in Kleef en daarna op zijn kasteel in Renswoude. Daar was hij zelf de hoogste rechter en kon niemand hem iets maken. Hij nam ontslag als lid van de Staten-Generaal en leefde verder een teruggetrokken leven. Ruim een jaar na alle commotie dook hij weer op in Utrecht, waar hij in 1738 overleed in zijn huis aan het Janskerkhof. Zijn vrouw overleefde hem zestien jaar. Haar naam leeft in Utrecht nog voort in de Fundatie van Renswoude. Met het geld uit haar erfenis, werd dit gesticht als opleidingsinstituut voor technisch en kunstzinnig begaafde jongens uit kindertehuizen.

Maria Duyst Van Voorhout Attributed To Jan Van Haensbergen

Maria Duyst van Voorhout (1662-1754), echtgenote van Van Renswoude, geschilderd door Jan van Haensbergen, ca. 1685. Fundatie van de Vrijvrouwe van Renswoude, Utrecht / Openbare collectie - 1685 Publiek Domein 1.0

Lolololo

Pimboli

Janskerkhof Scaled

Janskerkhof (links) en Drift (rechts). Van Reede en zijn vrouw bewoonden eerst een van de huizen rechts en later het grote huis aan het Janskerkhof, direct links van de brug. Reproductie van een tekening uit 1722 uit het Koninklijk Huisarchief Den Haag. Publiek Domein 1.0

Bronnen

  • L.J. Boon, “Dien godlosen hoop van menschen.” Vervolging van homoseksuelen in de Republiek in de jaren dertig van de achttiende eeuw (Amsterdam 1997).

  • Theo van der Meer, Sodoms Zaad in Nederland. Het ontstaan van homoseksualiteit in de vroegmoderne tijd (Nijmegen 1995).

  • H. Tigelaar, ‘Barend Blomsaet (ca. 1669-1730), wijnkoopman, ter dood veroordeeld wegens sodomie’, in: W. van den Broeke e.a., Utrechtse biografieën 5 (Utrecht 1998) 23-28.

Ontwerp Zonder Titel (3)

Maurice van Lieshout

Queer U Stories

Meer verhalen van deze auteur

Extra info

Thema Queer geschiedenis
Type Geschreven verhaal
Periode Vroegmoderne Tijd (1500 - 1800)
Organisatie Queer U Stories (QUS)
Regio Gelderse Vallei
Plaats kasteel renswoude
Permalink
https://n2t.net/ark:/88585/0f22f58f-d30e-4107-b7fb-b536b2658ab5
2025 Landschap Erfgoed Utrecht