
Gezicht op het bruggetje over de Kromme Rijn, het koetshuis en het landhuis Rhijnauwen (Rhijnauwenselaan 14) te Bunnik uit het zuidoosten. Fotodienst GAU, fotograaf / 822976 / collectie Het Utrechts Archief - 1994 CC BY 4.0
Regio Kromme Rijn
Buitenplaatsen, prachtige natuur, een slingerende rivier, weilanden, een eeuwenoude geschiedenis. Je vindt het allemaal in de regio Kromme Rijn en Langbroek.
Onder deze regio vallen Bunnik (Bunnik, Odijk, Werkhoven), Cothen, Driebergen (ten zuiden van Hoofdstraat N225, Langbroekerwetering), Doorn (ten zuiden van Dorpsstraat N225), Houten (Houten, ’t Goy, exclusief Schalkwijk, Tull en ’t Waal), Langbroek (Langbroek, Overlangbroek), Oostbroek, Wijk bij Duurstede en Zeist (deel ten zuiden van de Utrechtseweg / Driebergseweg).
Tussen twee landschappen slingert de Kromme Rijn. Deze rivier was ooit onderdeel van de Limes, de noordgrens van het Romeinse Rijk. In deze tijd werd het gebied al intensief bewoond. In de vroege middeleeuwen werd de Kromme Rijn gebruikt als transportroute tussen Dorestad en Utrecht. Dorestad was in de achtste eeuw de grootste marktplaats van noordwest Europa. In dezelfde periode werd ook voor het eerst begonnen met het ontginnen van het landschap.